De 14-jarigen Zoë Oosterbos en Leonie van der Veer gaan samen met dertien andere leerlingen van het Jac. P. Thijsse College het laatste deel van de pelgrimsroute naar Santiago de Compostella lopen. Dat is zo’n 115 kilometer in vijf dagen. „Heel vet”, zegt Leonie.
De Castricumse school wandelt onder de noemer ’The way’ van het Spaanse Sarria naar Santiago de Compostella. Het is een Erasmusproject dat volledig gefinancierd wordt door de Europese Unie. Er wordt samengewerkt met drie scholen uit Frankrijk, Spanje en het Verenigd Koninkrijk. De Jac. P. Thijsse-leerlingen zijn derdejaars vanuit alle afdelingen: mavo, havo, vwo en zowel regulier als tweetalig.
„Het gaat ons niet alleen om de wandelervaring”, vertelt Theo van Heese, een van de twee docenten die meewandelt. „Het gaat ook om leeftijdsgenoten uit andere landen te ontmoeten en samen een ervaring te delen om vooroordelen uit te wissen, te communiceren en wellicht vrienden voor het leven te maken. Dit past goed bij ons internationale karakter.”
Vlog
De Uitgeestse Zoë wandelt graag. Dus toen deze kans voorbijkwam, gaf ze zich gelijk op. „Ik vind lopen leuk. Je haar laten waaien in de wind en je hoofd lekker leegmaken.” Voor Leonie, uit Heiloo, is dit een ’once in a lifetime-kans’. „Veel mensen dromen hier van. Het is iets wat je hele leven bij je blijft.” Samen met twee vriendinnen gaat ze een vlog bijhouden. „Als je dat later terugkijkt, heb je mooie herinneringen.”
De voorbereidingen zijn in volle gang. Zo worden lessen gevolgd over de juiste uitrusting, de Spaanse taal en het voorkomen van blessures. Van Heese: „Uiteraard wordt er ook veel gewandeld.”
Pelgrismtocht
De twee meiden zijn vrij sportief. Zoë wandelt vaak met haar oma. Binnenkort lopen ze verdeeld over twee dagen 42 kilometer in Egmond. Leonie hockeyt vier dagen in de week. Toch verwachten de 3vwo-leerlingen dat de pelgrimstocht een uitdaging wordt.
Leonie: „Ik verwacht wel dat het zwaar wordt. Hockey is veel rennen, dat is heel anders dan lopen. Ik denk dat de eerste en laatste dagen het beste zijn om te lopen. In het midden zal het wat zwaarder zijn.” Zoë knikt: „Ik denk dat de derde en vierde dag echt zwaar gaan worden. Dat zegt mijn oma altijd. Dan willen je voeten niet meer, maar je moet door.”
,,Vanuit school worden er loopuurtjes georganiseerd om te oefenen. Met wat vrienden van het project oefen ik ook vast met m’n backpack. In Spanje moeten we onze hele bepakking op de rug mee”, zegt Leonie. In de backpack zit onder meer kleding en beddengoed. „Normaal doe ik iedere dag een andere outfit aan, maar om dat nou te doen”, reageert Leonie. Zoë heeft besloten om oude kleding aan te trekken die ze na een dagtocht achter kan laten. „Als we ’s avonds in ons hostel zijn, gooi ik het weg.”
Spierziekte
De school heeft het goede doel ’Spieren voor spieren’ aan de reis gekoppeld. Zoë: „Met deze tocht proberen we geld op te halen zodat kinderen met een spierziekte sneller medicatie kunnen krijgen. We willen onze spieren gebruiken om spierziekten te verslaan.” Leonie vult aan: „Het mooie is dat wij gaan sporten. Zodat andere kinderen, die daar moeite mee hebben, ook gaan sporten.”
Zoë: „Ik denk dat het een mooie reis wordt. We zijn straks een levenservaring rijker.” De reis is van 15 tot 21 maart.
Doneren voor ’Spieren voor spieren’ kan via: sportenvoorspieren.nl/team/the-way.
Bron: Dagblad Kennemerland